Doodgewoon door Carla Scheepstra
Uitgeverij: Godijn Publishing
Pagina’s: 294
ISBN: 9789492115690
Achterflap
Wat gebeurd er als je overlijdt? Ga je naar een zalig rijk of wordt je wakker op een koud en kil kerkhof met zombies die zich liever opgestanen noemen? Op een plek waar de dood die een Hein wordt genoemd, een oogje in het zeil houdt en problemen oplost. De Hein wordt zorgvuldig gekozen door de opgestanen en krijgt de titel grafmeester.
Destiel is een zeventienjarige jongen die volop van het leven geniet. De laatste dagen gebeuren er vreemde dingen in zijn leven en hij denkt zelfs dat hij een zombie ziet. Wat hij niet weet, is dat hij een gen heeft dat essentieel is om een Hein te worden. Zonder dat hij het merkt, ondergaat hij een transformatie en wordt hij overvallen door vreemde pijnklachten.
Wanneer hij bij een begraafplaats valt met zijn fiets, maakt hij kennis met de opgestane Ramon. Hierdoor gaat er voor hem een nieuwe wereld open en leert hij een kant van zichzelf kennen die hij liever niet had ontmoet.
Ramon heeft een missie en kan Destiel goed gebruiken, maar Destiel wil alles zo snel mogelijk vergeten.
Wie zegt dat de door het einde is?
Mijn mening
Doodgewoon is het debuut van Carla Scheepstra.
De setting is orgineel. Destiel is een zombiefreak en danser. Hij werkt in een dansstudio en heeft een tweelingbroer Domien met wie hij een slaapkamer deelt. Op zekere dag ontdekt hij dat er dingen aan zijn lichaam veranderen en begint zijn rug erg te jeuken. Hij blijkt het Hein-gen te hebben. Na zijn kennismaking met Ramon gaat er een wereld voor hem open. Een wereld van geen gewone maar doodgewone mensen en opgestane, Jagers en Heinen en Ramon die langzaam maar zeker steeds zeker weet dat hij Destiel als nieuwe grafmeester van ’t stille land.
Alles is wel heel toevallig en de enige in zijn omgeving die niets met deze wereld te maken heeft blijkt Domien te zijn. Zijn moeder, haar nieuwe vriend, zijn zoon en alle mensen die hij leert kennen in deze korte tijd zijn allemaal betrokken bij deze wereld. Ook zijn huidige danslerares en werkgeefster blijkt er een rol in te spelen. Niet allemaal de rollen die Destiel verwacht maar toch. Hierbij stelde ik me toch enkele vragen: Hoe het kan dat mensen de opgestane wel kunnen zien maar nooit zien? Hoe kan die wereld dan verborgen blijven als er hele gevechten op de begraafplaats uitgevochten worden? Hele organisaties zitten erachter, zijn moeder zit er middenin en toch wisten Destiel en Domien van niets. Voor mij verloor het daar aan geloofwaardigheid, maarja het is fantasy met horror dus dat moet ik dan maar even loslaten. Wel knap dat je dit allemaal weet te bedenken.
In de manier van schrijven merk ik dat dit een debuut is. Er wordt beschreven hoe de omgeving eruit ziet, de dialogen zijn duidelijk maar het swingt niet. Er zou meer gespeeld kunnen worden met de taal. Als voorbeeld : Uitgeput kwam Isabelle thuis. Dit zou bijvoorbeeld kunnen worden: Doodmoe strompelde Isabelle haar huis binnen. De beleving als lezer is direct volledig anders. Je voelt de vermoeidheid op die wijze. Door Scheepstra haar manier van schrijven krijgt het niet de diepgang die er wel in het verhaal zou kunnen liggen. Je krijgt het gevoel dat je naar iemand zit te luisteren die het verhaal verteld ipv dat je het avontuur zelf beleefd.
Toch is doodgewoon leuk om te lezen. Scheepstra neemt je mee in haar wereld en ze weet de spanning op te bouwen. Het gevaar komt van de personen waarvan je het in het begin zeker niet verwacht. Het woord zombie krijgt een volledig andere invulling. Het zijn geen langzaam bewegende lichamen zonder ziel die doods voor zich uit staren. Elk heeft zijn eigen verhaal. Het tempo is hoog waardoor je de spanning steeds blijft voelen.
Conclusie
Doodgewoon is een beginpunt. Scheepstra heeft duidelijk genoeg verbeeldingskracht maar ze heeft me niet kunnen overtuigen en meeslepen. Toch ben ik benieuwd hoe ze in de toekomst evolueert. Het potentieel is er, nu enkel nog veel schrijfmeters maken om tot een meeslepend resultaat te komen.
Geef een reactie